Interview met Dick Matena

Dick Matena blijft meer dan terecht in de aandacht staan. Nadat hij weergaloze verstrippingen van “De Avonden” en “Kort Amerikaans” (eerste deel) heeft afgeleverd, is de in Turnhout wonende striptekenaar ook wereldberoemd in de zogenaamde serieuze literaire kringen. Ook nu wordt zijn verstripping van ‘Kaas’ (Willem Elsschot) door velen toegejuicht, niet in het minst door ons. Het begint stilletjesaan de natte droom te worden van elke auteur dat Dick Matena zich zou wagen aan een verstripping van zijn of haar boek. Matena werkt dan ook steeds met veel respect voor het werk en de auteurs en behoudt de volledige tekst uit het boek. Ook nu weer slaagt hij er in om ‘Kaas’ met de juiste tekeningen naar de mensen toe te brengen! Chapeau! De emancipatie van het stripverhaal is een feit en daar zit Matena voor heel veel tussen!

Na verstrippingen van de boeken van Reve, Dickens en Wolkers is nu ‘Kaas’ van Willem Elsschot aan de beurt; wat maakte dit boek in je los toen je het voor de eerste keer las?
Dick Matena:
“Grote bewondering voor de stijl, hier en daar een schaterlach vanwege de humor, een traantje van mededogen met de sukkel Laarmans, woede ook vanwege zijn domheid, gebrek aan zelfkennis en houding tegenover zijn aanzienlijk slimmere vrouw en grote weerzin jegens de standbewuste opschepper Van Schoonbeke en zijn bende van parasiterende vrienden. Heel wat dus, voor zo’n dun boekje, maar dat was – en is – de kracht van Elsschots genie: Met een – schijnbaar – minimum aan middelen een maximum aan effect creëren. Een heel, heel groot schrijver dus.
Wat opvallend is aan je verstrippingen is het grote respect dat je toont voor de auteurs en hun boeken; is dat meteen ook een soort van dank u wel dat je geeft aan de auteurs voor het leesplezier dat ze je verschaft hebben?
“Maar natuurlijk: met de pet in de hand buig ik diep voor deze reuzen van onze literatuur, uit bewondering, eerbied en, inderdaad, dank voor wat ze mij gegeven hebben, waarmee ze mijn leven verrijkt hebben en dat leven mede vorm gegeven hebben. Hun tekst is voor mij heilig, ik laat daar niets uit weg en voeg al helemaal niets toe. Die integrale tekst is voor mij het enig recht van bestaan voor het werk dat ik doe.”

Je maakt er inderdaad een erezaak van dat je de integrale tekst van het boek overpakt maar heb je soms toch niet even zin om dat een klein beetje te veranderen?
“Nee, niet in het minst. Dat zou voor mij zo ongeveer gelijk staan aan godslastering.”
Toen je besliste om ‘Kaas’ te verstrippen, kon je daar dan meteen beelden bij plakken of is het eerst wat aanklooien tot je het juiste beeld vasthebt?
“Beelden zie ik altijd wel, maar dat dwarrelt allemaal door elkaar en is als zodanig onbruikbaar. Het gaat om het ordenen van die chaos en dat is hard werken. ‘Kaas’ was vooral moeilijk omdat het een brief betrof met – verhoudingsgewijs – weinig dialogen. Dialogen zijn makkelijk vanwege de noodzakelijke – of vierkanten en rechthoeken in mijn geval – zonder welke er geen sprake is van een strip -of liever – beeldverhaal. Daarvoor moet ik oplossingen vinden en dat is veel denkwerk. Van ‘aanklooien’ is geen sprake, dienstbaarheid aan de auteur en zijn tekst en die zo helder mogelijk in beelden vertalen staat voorop en dat kan alleen als er koel, doelgericht en intelligent gewerkt wordt. Dat ook de emotie en de liefde voor die schrijver en zijn verhaal er in komt, is een zaak die ik niet of  nauwelijks in de hand heb, dat is magie en op de aanwezigheid daarvan kan je alleen maar hopen, maar als die ontbreekt is al het ander tevergeefs.”

Hoe lang heb je aan deze verstripping gewerkt?
“Negen maanden, maar dat moet je – in ‘gewone’ kantooruren van 9 tot 5 – verdubbelen. Dagen van 15 tot 16 uur en meer zijn eerder regelmaat dan uitzondering. Het werk is zeer arbeidsintensief en de liefde voor het boek, dat ik bewerk moet dan ook groot zijn, anders red ik het niet, want inzinkingen zijn er natuurlijk ook van tijd tot tijd en alleen die liefde zorgt er dan voor dat ik doorzet en niet het uitgeputte bijltje er bij neergooi.”

Ook het kleurgebruik speelt een belangrijke rol in je verstrippingen; waarom paste net deze kleur bij ‘Kaas’? Hoe ‘kies’ je dat?
“Dat grijs – of donkerbruin – kies ik niet. Zo zien de beelden die ik krijg – in dit geval bij ‘Kaas’ – eruit. En grijs geeft me ‘makkelijker’ het realistische, fotoachtige effect dat ik voor dit werk zoek. Ik heb ‘Kort Amerikaans’ in kleur geprobeerd en dat beviel me niet. Te helder. Als ik nog eens iets in kleur doe, maak ik die kleuren zo gedempt dat je ze bijna niet ziet, maar voorlopig staat de camera in mijn hoofd op ‘grijs’ of ‘zwart-wit’.”

Net als in ‘De Avonden’ en ‘Kort Amerikaans’ heb je het hoofdpersonage het gezicht gegeven van de schrijver zelve; waarom doe je dat eigenlijk?
“Omdat ik de hoofdfiguren in hoge mate identificeer - al of niet terecht -met de schrijver. En in het geval van Elsschot heb ik er veel plezier in hem ‘tot leven te wekken’, omdat ik hem niet of nauwelijks heb zien ‘leven’, noch op film, noch op televisie. En ik hoop dat het gebruik van de schrijvers zelf als hoofdfiguur een zo direkt mogelijke herkenbaarheid en daardoor sympathie bij de lezer oproept. Maar dat is secundair. Primair doe ik het dus voor mijn eigen genoegen.”

Wat was de grootste moeilijkheid om deze strip te tekenen?
“Dat het een brief was, een probleem dat ik opgelost heb door één woordloze pagina toe te voegen – pagina 1 – waarin die brief in de bus gegooid wordt en opgeraapt door Jan Greshoff – dat was een Nederlandse literator uit de jaren ’30 van de vorige eeuw, een kennis van Elsschot, die deze er, door een terloopse opmerking over diens tien jaar durende literaire zwijgen, toe aanzette ‘Kaas’ te schrijven. Deze Greshoff heb ik, lezend in die brief, om de zoveel tijd in beeld gebracht, zodat de lezer niet vergeet, dat het ook inderdaad om een brief gaat.”

Je hebt bijna in je eentje gezorgd voor de aanvaarding van de strip in de wat ‘serieuzere’ (literaire) kringen; hoe voel je je daarbij?
“Laat dat ‘bijna’ maar gerust weg. ik voel ma daar trots bij. Vóór ‘De Avonden’ kwam je met een strip/beeldverhaal niet verder dan de deur van een literaire uitgever. Na ‘De Avonden’ staat die deur in ieder geval op een kier. En ik ben nog steeds bezig die kier wijder te maken, waarbij iedere hulp van collega’s, die zich daartoe geroepen voelen, meer dan welkom is.”

En je krijgt nu ook nog eens een stripmuur cadeau; Dick Matena op een muur maakt dat je trots?
“Natuurlijk vind ik dat leuk. Trots is een te groot woord in deze, want zonder Elsschot had ik dat natuurlijk nooit gered. Dat geldt ook voor de aanstaande tentoonstelling in het Museum voor Schone Kunsten, waarvoor ik ook nog dank moet zeggen aan het Nederlands/Vlaamse huis ‘De Buren’, waarvan de directeur, Dorian Van Den Brempt, een grote steun is bij mijn activiteiten. Hij kocht voor dit culturele instituut na ’Kort Amerikaans’ ook alle originelen van ’Kaas’ aan en gaat die 219 pagina’s t.z.t. permanent tentoonstellen in café ‘Kaas’ dat onderdeel gaat worden van ‘n nieuwe vleugel, die bijgebouwd wordt aan ‘De Buren’ in de Leopoldstraat in Brussel. Zonder Elsschot en ‘De Buren’ geen tentoonstelling, al is de kwaliteit van mijn werk ook wel van belang natuurlijk. Als ik rommel gemaakt had, had ik overal naar kunnen fluiten.”

Zijn er eigenlijk al auteurs die je boeken opsturen met de vraag of je hun boeken wil verstrippen?
“Dat is gebeurd en dat vleit me. Evenals de waardering, die ik voor mijn werk krijg van, vooral schrijvers. Die hebben voor het eerst gezien, dat het mogelijk is literatuur in beeld om te zetten met behoud van en respect voor hun tekst.”

En welke volgend groot literair monument ga je nu verstrippen? Ben je daar al mee bezig?
“Verschillende zaken. Ik moet ‘Kort Amerikaans’, deel 3 nog afmaken. Misschien ‘Het behouden huis’ van W.F. Hermans en ik zou nog meer van Elsschot willen doen, ‘Het Dwaallicht’ voorop en ‘Ulysses’ van Joyce, maar dat zal, vrees ik, wel altijd een schone droom blijven vanwege de te hoge financieringskosten.”

Laten we hopen dat dat je niet zal tegenhouden! Bedankt!


Meer info!

Kaas
Dick Matena naar de roman van Willem Elsschot
Athenaeum—Polak & Van Gennep
€ 29,95

.